VOORWOORD
Dit boekje gaat over een fascinerend onderwerp - dat voor veel mensen taboe is. Is wat wij dagelijks meemaken alles wat er is - of is er een uitgebreidere versie? Toegespitst:
Wat betekent het als je 'dood' gaat?
Je lichaam doet het niet meer, dat is duidelijk. Maar is dat het einde van je persoon? Dick Swaab, Neerlands bekendste neurobioloog, heeft zijn boek de titel ?Wij zijn ons brein? gegeven en zijn antwoord op de laatste vraag is dan ook zonder enig voorbehoud bevestigend.
Er lopen echter zo'n 24 miljoen mensen op deze aardbol rond die daar een heel andere mening over hebben, niet uit een bepaalde overtuiging, maar uit ervaring. Zij hebben een zgn. bijna-dood ervaring (BDE) meegemaakt en die heeft hun visie op leven en dood radicaal veranderd.
De laatste jaren is dit verschijnsel meer in de aandacht gekomen, vooral door het boek 'Eindeloos bewustzijn' van de arts Pim van Lommel dat een ware bestseller is geworden en in vele talen is vertaald. Van Lommel gaf zijn boek de ondertitel 'Een wetenschappelijke visie op de bijna-dood ervaring' mee en dat 'wetenschappelijke' klopt ook wel zolang het over beschrijvende en klassificerende kwesties gaat. Wanneer het gaat om de vraag hoe zo'n BDE aansluit bij onze natuurwetenschappelijke kennis komt hij echter in feite niet verder dan het geven van zijn mening dat die in de niet-lokale eigenschappen van de materie moet worden gezocht - zonder verder het hoe en waarom van die opvatting duidelijk te maken.
In dit boekje probeer ik vanuit een andere fysische invalshoek iets meer begrip te krijgen van wat een BDE is. Van die zoektocht maak ik u in elf hoofdstukjes deelgenoot. De uiteindelijke conclusie is dat het in wetenschappelijke kring doorgaans verworpen zgn. duale model (een mens heeft een lichaam én een geest) niet alleen uiteindelijk toch het best weergeeft hoe u en ik in elkaar steken, maar ook een beschrijving van BDE's toelaat die in overeenstemming is met alle bekende feiten - in tegenstelling met de verklaringen die door onderzoekers met al te sterke materialistische à priories te berde worden gebracht.
De BDE's leren ons dat lichaam en geest zich tijdelijk van elkaar kunnen scheiden. Maar de diepere fasen van deze ervaringen geven ook aanwijzingen dat deze scheiding bij de dood permanent wordt zonder dat dit het einde van de geest, de ziel, of, zoals ik het hierna zal noemen, het 'zelf' betekent.
Daarmee komen we op een terrein waar religies al vele eeuwen het hunne over hebben gezegd. Ik heb de verleiding dan ook niet kunnen weerstaan om te zoeken naar sporen van BDE's in bestaande religieuze opvattingen en in een appendix, de hoofdstukken A1 tot en met A4, geef ik kort de ideeën weer die in vijf wereldgodsdiensten hierover leven en vergelijk ik die met de ervaringen van mensen die een BDE hebben gehad.
Als het woord 'religie' valt, valt vaak ook meteen het woord 'mysterie'. Dat is uiteraard in hoge mate terecht: in zijn loflied op de liefde schrijft de apostel Paulus in het bijbelboek 1 Korinthe al dat 'ons kennen beperkt is' en in andere godsdiensten klinkt hetzelfde geluid. Er schuilt echter een gevaar in het gebruik van dat woord 'mysterie' als karakterisering van religieus beleven. Religie komt daardoor verder van je af te staan, heeft geen relatie met het hier en nu. Wat ik hoop duidelijk te maken in dit boekje is dat de dood weliswaar een grens vormt voor ons kennen, maar ook een vloeiende aansluiting vormt van de fysieke wereld die wij ervaren met dat mysterieuze 'andere' van de religie (waarmee ik niet specifiek de christelijke versie daarvan bedoel).
Voor sommigen zal dat moeilijk aan te nemen zijn. In onze tijd zijn de werelden van geloof en van de (bèta-)wetenschap zo ver uit elkaar gegroeid dat de gedachte dat die werelden elkaar uiteindelijk toch raken een dwaasheid schijnt. Toch lijkt die dwaasheid een concrete werkelijkheid te zijn en hebben mensen die de diepere fasen van een BDE hebben meegemaakt aan de rand van de hemel gestaan.
Ik heb - uiteraard - m'n best gedaan om het verhaal zo helder mogelijk te maken.Van meerdere mensen die het manuscript hebben gelezen kreeg ik echter de opmerking dat het toch 'nogal pittige kost' was. Om u tegemoet te komen, mocht u die mening delen, heb ik alle hoofdstukjes (behalve nummer elf) voorzien van een samenvatting, in de hoop de materie zo een beetje toegankelijker te maken. Een iets verkorte versie ervan vindt u door hier te klikken. Maar als u alle argumenten die tot mijn stellingname hebben geleid wilt weten zult u toch echt ook de rest moeten lezen...
Veel le(v)e(n)splezier gewenst!
Bilthoven, maart 2013
Wiebe Oost